Gebruik van de CORE sensor en Garmin
Met de Garmin Connect IQ widgets/dataveld die door CORE zijn ontwikkeld kan je tijdens je training nog niet iets meer informatie verkrijgen dan met andere apparaten. Er zijn twee manieren om dit te gebruiken, via de widget (eigen losse weergave) en het dataveld (te gebruiken in een trainingsprofiel).
Daarnaast zijn er nog meer opties voor de weergave van de data, dit vergt iets meer stappen dan bij een standaard sensor. Ook voor STRYD gebruikers zijn er nog meer mogelijkheden.
De CORE-sensor verbinden met Garmin-horloges en fietscomputers
Voor Garmin-apparaten is er een CORE Connect-IQ- gegevensveld en een CORE ConnectIQ- widget . Deze widget en dataveld donwload, installeer en synchronsieer je via de Garmin ConnectIQ Smartphone App.
Het CORE ConnectIQ-gegevensveld voor Garmin EDGE fietscomputers en Garmin-horloges kan je live kerngegevens van de lichaamstemperatuur bekijken in een gegevensveld en deze activiteitsgegevens opslaan in het FIT-bestand.
De CORE ConnectIQ-widget is een weergave die live kerngegevens van de lichaamstemperatuur weergeeft op veel van de Garmin-horloges en op het startscherm van je EDGE fietscomputer.
De CORE-sensoren verzend vervolgens gegevens naar het gekoppelde Garmin-apparaat via ANT+
Ga je de data tijdens en na je training gebruiken? Dan heeft het dataveld alle functies die je nodig hebt. De widget functie is handig als je bijvoorbeeld met een tweede apparaat zicht wilt houden op de kerntemperatuur maar niet nog een tweede .fit file op wilt nemen.
Het juist instellen van CORE body temp sensor i.c.m. Garmin
STAP 1 – Het koppelen van een geschikte hartslagband
Zorg ervoor dat je hartslagmeter is gekoppeld aan de CORE sensor, dit stel je in via de CORE App op je telefoon. Hierdoor werkt de sensor het meest nauwkeurig voor gebruik tijdens de sport.
Gebruik de Garmin ConnectIQ smartphone-app om de CORE Connect IQ dataveld of de CORE ConnectIQ-widget te installeren.
Tip: de widget is op horloges beschikbaar door iets langer dan een seconden op de menu knop te drukken.
STAP 3 – Instellen van het dataveld of widget
Sommige Garmin toestellen zoeken mogelijk automatisch naar de CORE-sensor en koppelen deze daaraan. Voor sommige Garmin-apparaten moet je vervolgens de instellingen openen:
⌚︎ Apparaat > Activiteiten en app-beheer > Gegevensvelden > CORE Gegevensveld > Instellingen > CORE Sensor-ID
📱 Voer het CORE Sensor-ID nummer in dat je kan vinden in de CORE-app > Instellingen > ANT+ ID
Garmin koppelt standaard met de CORE sensor die in de buurt is, indien je de ANT+ ID niet instelt kan het zijn dat je de data van een andere sensor te zien krijgt en opneemt in de data.
Pro Tips
- Indien je 2 CORE sensoren hebt kan je deze specifieke instelling gebruiken om data van sensor 1 op te nemen op je horloge en sensor 2 op je fietscomputer.
- Indien je meerdere sensoren hebt maar niet meerdere opname apparaten kan je altijd achteraf de CORE app gebruiken om de historische data in te zien. Vervolgens kan je via de CORE-cloud de data per sensor terug zien. Update: vanaf medio 2024 is de CORE cloud enkel voor professionals toegankelijk. Stel dan wel de ant+ ID van een van de CORE sensoren in bij de instellingen van het dataveld, zo weet je zeker van welke sensor de data wordt opgenomen in de .fit file.
- Indien je een STRYD gebruikt én de wisselende weergave tussen de realtime kernlichaamstemperatuur en Heat Strain Index (weergaveoptie 2) dan kan je bij weergaveoptie 34 invullen, dit is een modus die de bovenstaande weergaves combineert. Deze weergave staat niet gedocumenteerd bij STRYD en is door Cooymans Performance in de praktijk getest, inmiddels is er al enkele tientallen uren valide data opgenomen met deze weergave optie.
Normaal gesproken is het gegevensveld toegankelijk via: Instellingen > Activiteitenprofielen
Tip: zorg dat je het dataveld toevoegt in ieder profiel waarmee je de data op wilt nemen. Ook al wil je voor een bepaald activiteitsprofiel de data niet tijdens je training bekijken maar wel achteraf analyseren. Het dataveld zorgt ervoor dat de data in de .fit file komt te staan die naderhand geanalyseerd kan worden.Tip: indien je de data in TrainingPeaks wilt analyseren lees dan nog even door om dit correct in te stellen. Gebruik je een STRYD? Ga dan naar het laatste kopje omdat je daar een extra instelling voor moet aanzetten.
Connect-IQ CORE-gegevensveldinstellingen
Backwards Compatible FIT-file – Standaard kan dit uitgeschakeld blijven. Voor TrainingPeaks gebruikers, maar dit moet ingeschakeld zijn. TrainingPeaks ondersteunt nog geen kerngegevens over de lichaamstemperatuur. Deze gegevens worden in een ander veld geschreven, zodat deze in TrainingPeaks kunnen worden geopend. Wanneer dit veld is ingeschakeld, de CORE niet samen met een MOXY-sensor op een Garmin gebruikt kan worden.
In TrainingPeaks kan je bij analyse een nieuwe weergave toevoegen. Maak hier een datacluster met tijd op de x-as en Core op de y-as. De CORE data zal onder de SMo2 stream staan.
Hartslagsensor-ID – Negeer dit veld en koppel de CORE-sensor aan een hartslagmeter met behulp van de CORE-app (zie stap 1). In de toekomst zijn we van plan de mogelijkheid te ontwikkelen om automatisch via Garmin te koppelen.
Waarschuwing hoge temperatuur
Standaard staat deze instelling op 0, waardoor het dataveld geen waarschuwingen activeert. Stel een temperatuur in (ºC of ºF). Zodra de ingestelde temperatuur wordt bereikt en 3 minuten aanhoudt, activeert het dataveld een waarschuwing op je Garmin-apparaat. Bij een verdere temperatuurstijging van 0,21ºC activeert het dataveld opnieuw een waarschuwing.
Waarschuwing voor lage temperatuur
Standaard staat deze instelling op 0, waardoor het dataveld geen waarschuwingen activeert. Stel een temperatuur in (ºC of ºF). Zodra de ingestelde temperatuur wordt bereikt en 3 minuten aanhoudt, activeert het dataveld een waarschuwing op je Garmin-apparaat. Bij een verdere temperatuurdaling van 0,19ºC activeert het dataveld opnieuw een alarm.
Weergeven van de data
Weergaveopties – Standaard is dit 0 en kan worden gewijzigd om overeen te komen met uw voorkeuren:
0 – realtime kernlichaamstemperatuur weergave
1 – wisselt tussen de realtime kernlichaamstemperatuur en huidtemperatuur.
2 – wisselt tussen de realtime kernlichaamstemperatuur en Heat Strain Index
CORE geeft de volgende uitleg bij de Heat Strain Index:
De Heat Strain Index is een waarde van 0 tot 10 die aangeeft hoe hard je lichaam werkt om koel te blijven. Veel atleten beginnen prestaties te verliezen bij een waarde van 3 of 4. Deze maatstal is dus een aanvulling op de kerntemperatuur. Het herinnert je eraan wanneer je moet afkoelen en mogelijk zelfs wanneer je moet afremmen om de hittebelasting niet te ver op te laten lopen.
4 & 5 – Dit zijn gegevens voor ontwikkelaars/bugfixes en zijn niet nodig.
16 – Binnen Connect-IQ, ongeacht uw Garmin-instellingen, worden de kerngegevens van de lichaamstemperatuur ingesteld in Celcius ºC. Wijzig de weergaveoptie in ’16’ zodat de connect-IQ-gegevens in Fahrenheit ºF worden weergegeven.
17 – Dit is een combinatie van ‘1’ en ’16’, wat betekent dat de weergave op het scherm wisselt tussen de kernlichaamstemperatuur en de huidtemperatuur en binnen Connect-IQ wordt de samenvatting weergegeven in Fahrenheit ºF (in plaats van Celsius).
Belangrijk voor STRYD gebruikers
Weergaveoptie 32 – Als je STRYD gebruikt en problemen ondervindt bij het gelijktijdig gebruiken van de CORE-sensor en de Stryd-sensor en bij het weergeven en opnemen van de gegevens van beide, stel de weergave optie in op ’32’.